berlijn-bezienswaardigheden-holocaust-monumentberlijn-bezienswaardigheden-spreeberlijn-reichstag-kerstberlijn-bezienswaardigheden-berlijnse-muurberlijn-kerstberlijn-bezienswaardigheden-dom-museuminsel

Marzahn-Hellersdorf

Marzahn-Hellersdorf ligt in het oosten van Berlijn. Nadat in 1971 op het achtste partijcongres van de SED, de regerende partij van de DDR, werd besloten vóór 1990 de "huisvestingskwestie als sociaal probleem" op te lossen, werd in de Oost-Berlijnse stadsdelen Marzahn en Hellersdorf een groot aantal van de ruim 200.000 daarvoor benodigde nieuwe woningen gebouwd. Het district wordt sinds de jaren 1970/1980 dan ook in hoge mate gedomineerd door grote wooncomplexen. Je vindt er veel Plattenbau, een bouwwijze die in de voormalige DDR veelvuldig werd toegepast.

Het district Marzahn-Hellersdorf is 61,8 km2 groot en telt bijna 250.000 inwoners, waarvan er zo'n 175.000 in wooncomplexen wonen. Tot het district behoren de stadsdelen Biesdorf, Hellersdorf, Kaulsdorf, Mahlsdorf en Marzahn.

> Biesdorf
Hellersdorf
> Kaulsdorf
> Mahlsdorf
> Marzahn

Berliner BalkonHet district ligt op het plateau van Barnim, een in het Weichselien -de laatste ijstijd, waarin veel dekzand en löss is afgezet- ontstaan morenenlandschap. In het zuiden bevindt zich de overgang tussen de Barnim, een in de ijstijd ontstane hoogvlakte, en het Berlijnse oerstroomdal. Op het zogenaamde Berliner Balkon, een onbebouwd gebied op de grens tussen Kaulsdorf en Mahlsdorf, is het hoogteverschil tussen het plateau en het oerstroomdal (ongeveer 15 meter) goed zichtbaar.

Marzahn-Hellersdorf wordt doorsneden door het dal van de Wuhle, een zijrivier van de Spree. Direct ten westen van het als landschapspark ingerichte Wuhledal bevinden zich de grootste verhogingen in het landschap van het district: de Ahrensfelder Berge (112 meter boven NAP), de Kienberg (102 meter) en de Biesdorfer Höhe (82 meter). Deze verhogingen zijn vooral ontstaan door het storten van puin van de Tweede Wereldoorlog en door afgraving voor de bouw van huizen.

BIESDORF
In het huidige Biesdorf moeten al rond 9000 v.Chr. nederzettingen zijn geweest, maar pas sinds ongeveer 1000 v. Chr. wordt het gebied permanent bewoond. Biesdorf wordt voor het eerst in 1375 in een landboek van keizer Karel IV vermeld. In het gebied zouden toen 62 boerderijen hebben gestaan, waaronder een kerkhoeve. Heer van Bysterstorff resp. Bisterstorff was Hennig von der Gröben van het adelsgeslacht von der Gröben uit de Altmark.

In 1539 werd Biesdorf de moederkerk van Kaulsdorf, later ook van Mahlsdorf, en in de daaropvolgende decennia ook van Marzahn. De plaats had zwaar te lijden onder de Dertigjarige Oorlog (1618–1648). In 1920 werd Biesdorf ingelijfd bij Groot-Berlijn. Vandaag de dag telt het stadsdeel Biesdorf ongeveer 25.000 inwoners.

GnadenkircheBezienswaardigheden
Voor toeristen heeft Biesdorf, anders dan dat in het met schermen afgezette openluchttheater in het Schloßpark af en toe een concert wordt gegeven, niet veel te bieden. Dit geldt ook de geschiedenis van dit stadsdeel. Waar je in straten in Berlijn die met "Alt" beginnen doorgaans nog iets van een oude dorpskern kunt herkennen is het enige dat in Alt-Biesdorf naast het ommuurde slotpark en het zich daarin bevindende Sloß Biesdorf nog rest de sinds 1985 op een eilandje in de drukke verkeersstroom van de B1/B5 liggende Gnadenkirche; de Dorfkirche Biesdorf.

Die ook al niet echt "oud" is, omdat deze oorspronkelijk uit rond 1300 stammende kerk in 1754 afbrandde en de herbouwde kerk op 20 januari 1944 bij een bombardement volledig werd verwoest. De huidige Gnadenkirche werd in oktober 1951 ingewijd. Het kerkhof werd al een eeuw eerder opgeofferd aan de uitbreiding van de C1.

Hoogtepunt van Biesdorf is, in ieder geval 's-zomers, de Baggersee. Een kleine tweehonderd meter van U-Bahnstation Biesdorf Süd verwijderd kun je er verzekerd van zijn dat de ligwei bij mooi weer uitpuilt van de zonaanbidders.

Schloss BiesdorfSloß Biesdorf
Het Sloß Biesdorf werd in 1868 als laatclassisistische torenvilla op het terrein van het riddergoed van Hans-Hermann von Rüxleben gebouwd. In 1887 werden het landgoed en slot gekocht door de koopman Günther von Bültzingslöwen. Door grote verliezen tijdens de suikercrisis kon deze zich dit echter niet langer veroorloven. Nadat Werner von Siemens hem aanvankelijk de helpende hand toestak door hem geld te lenen, nam deze het 600 hectare grote landgoed uiteindelijk in februari 1887 over. In 1889 droeg hij het landgoed en het slot over aan zijn zoon Wilhelm, die het slotpark tussen 1891 en 1898 tot 14 ha. uitbreidde en door tuinarchitect Albert Brodersen als landschapspark liet inrichten.

Trein
In de kasteeltuin werden door Wilhelm von Siemens en Johann Georg Halske - zoon van een makelaar in suiker - de eerste proeven met een elektrisch aangedreven trein gedaan. Deze testen waren zo succesvol dat zij het resultaat bij de Berliner Gewerbeausstellung 1879 in Treptow konden presenteren, waar maar liefst 90.000 bezoekers met deze eerste elektrische trein ter wereld een rit over het 300 meter lange traject maakten. De originele locomotief is behouden gebleven en bevindt zich nu in het Deutsches Museum in München; een kopie staat in het Technikmuseum in Berlijn. Op 16 mei 1881 werd 's-werelds eerste elektrische treinlijn tussen Bahnhof Lichterfelde Ost en de in 1878 naar een nieuw gebouw in Groß-Lichterfelde verhuisde Preußische Hauptkadettenanstalt geopend.

Berliner Gewerbeausstellung 1879In 1885 werd Bahnhof Biesdorf aan de Koninklijke Ostbahn (Berlin-Eydtkuhnen) geopend, waardoor Biesdorf een aantrekkelijke vestigingsplaats werd. Het dorp werd in 1904 op water en gas, en in 1914 ook op electriciteit aangesloten. Rond deze tijd werd ook de villa-kolonie Biesdorf-Zuid aangelegd, tot 1933 gevolgd door Neu-Biesdorf, Kolonie Daheim und Biesenhorst.
Tussen 1907 en 1909 werd in Biesdorf de eerste, door Karl Janisch ontworpen, roteerbare luchtschiphangar ter land gebouwd. Hier vond op 23 januari 1911 ook de eerste 40 minuten durende testvaart van het Siemens-Schuckert Luftschiff (SSL) plaats. De hal werd in 1918 gesloopt.

Slot Biesdorf, voor wier opvallende verschijning de architecten Martin Gropius, Heino Schmieden en later ook Theodor Astfalckde verantwoordelijk waren, ging in 1927, samen met het hele landgoed, over in het bezit van de stad Berlijn en is sindsdien gestaag verwaarloosd. In 1945 vernietigde een brand de bovenste verdieping, die nooit werd herbouwd.

In 2000 werd door het particulier initiatief "Sofortprogramm zur Rettung des Schlosses Biesdorf" (Noodprogramma ter redding van Slot Biesdorf) een bedrag van 154.000 DM (circa 99.000 euro) ingezameld. Tegelijk werd een vereniging opgericht die zich ten doel stelt het historische aangezicht van het slot, zoals dat tot de brand in april 1945 bestond, te herstellen. Voor deze restauratie is naar schatting 8,5 miljoen euro nodig. Door verschillende instellingen en particulieren is 1,75 miljoen euro opgebracht; de Deutsche Klassenlotterie heeft ​​€ 4.750.000 voor de wederopbouw van de bovenste verdieping toegezegd.
Voor het resterende bedrag is een lening bij het Europese cultuurfonds afgesloten. Het is de bedoeling dat de restauratie die in oktober 2013 begon in september 2016 wordt afgerond, waarna het kasteel voor publiek zal worden opengesteld.

HELLERSDORF
Hellersdorf is sinds de administratieve hervorming van 2001 een stadsdeel in het district Marzahn-Hellersdorf. Daarvoor was het, tot 1986, een stadsdeel in het toenmalige district Marzahn. In de tussenliggende periode was Hellersdorf een zelfstandig district waartoe Kaulsdorf, Mahlsdorf en het gelijknamige stadsdeel Hellersdorf behoorden. Het huidige stadsdeel is ontstaan als nieuwbouwproject, voornamelijk bestaande uit Plattenbau. Voor dergelijke wijken wordt in het oostelijk deel van Duitsland nog steeds de uit de DDR-tijd stammende aanduiding 'Plattenbausiedlung' gebruikt. Het is vooral een aaneensluiting van op elkaar gelijkende flatgebouwen.

Hellersdorf

Net als vele andere dorpen in de omgeving wordt ook Hellersdorf voor het eerst in 1375 in een landboek van Karel IV genoemd. Het dorp droeg de naam "Helwichstorpp", bestond uit 25 hoeven en behoorde aan de gebroeders Dirike, die ook een negen hoeven groot riddergoed bezaten. In 1618 werd Hellersdorf gekocht door de Brandenburgse kanselier Johann von Löben, die het aan zijn Gutsbezirk Blumberg toevoegde. Nadat Blumberg (en dus ook Hellersdorf) in handen van de graaf van Arnim was gekomen werd het dorp in 1836 uitgebouwd tot riddergoed. In 1886 verwierf de stad Berlijn het landgoed Hellersdorf en legde het ten oosten daarvan de Wuhle Rieselfelder aan.

VIII. Parteitag der SEDNa de Tweede Wereldoorlog kwam Hellersdorf in de Sovjet-sector te liggen en maakte het deel uit van de DDR. Na het achtste partijcongres van de SED in 1971 werd Hellersdorf aangewezen als nieuwbouwgebied. In het midden van de jaren 1980 werd het verder naar het oosten uitgebreid en werd nieuwbouw gepleegd op grond van buurgemeente Hönow. Omdat het Viermogendhedenakkoord het verschuiven van de stadsgrenzen niet toestond bleef de stadsuitleg formeel tot Hönow behoren, alhoewel alle voorzieningen vanuit Berlijn werden geregeld. 

Het zou tot na de Duitse eenwording in 1990 duren eer de stadsgrens ook officieel werd verlegd. De oude stadsgrens is echter nog steeds herkenbaar: in het gebied tref je weinig woningen, maar veel openbare gebouwen en groene ruimten aan.

Op 11 september 1997 werd in het op een na grootste bouwproject van Berlijn het nieuwgebouwde stadscentrum Helle Mitte, nu het stedelijk centrum van Hellersdorf, feestelijk geopend. Inmiddels brengen palmen en schermen wat kleur op de marktplaats, maar echt gezellig of romantisch zal het centrum van een DDR-nieuwbouwwijk wel nooit worden.

Hellersdorf is 8,1 vierkante km groot en telt bijna 80.000 inwoners. Daarmee is het een van de dichtstbevolkte wijken van Berlijn. De DDR-burgers waren destijds overigens dolenthousiast over Hellersdorf en verhuisden er graag naartoe. In de meeste oudbouw in de stad was geen lift, stromend warm water en centrale verwarming. Daar moest je de kolen naar de vierde verdieping sjouwen.

Tenzij je voornemens bent een studie te maken van de Plattenbau kunnen wij eigenlijk weinig redenen bedenken om naar Hellersdorf te gaan.

KAULSDORF
Kaulsdorf werd vóór 1200 gebouwd in het kielzog van de Duitse Ostsiedlung (de vestiging van kolonisten uit het Heilige Roomse Rijk in Slavische en Baltische gebieden in Centraal- en Oost-Europa tijdens de middeleeuwen). Niet als nieuwe nederzetting, maar als herstructurering van een Slavische nederzetting, die zich hier eerder bevond. In 1347 wordt Kaulsdorf als Caulstorp voor het eerst in een akte van markgraaf Ludwig de Oudere aan de Kalandsbroeders in Bernau genoemd.

In 1412 werd het plaatsje altaargoed van de Petrikerk in Cölln aan de Spree. De rond 1230 gebouwde en nadien diverse keren verbouwde en herbouwde Petrikerk was een van de eerste vijf kerken in de dubbelstad Berlin-Cölln en stond aan de Petriplatz op het Spree-eiland (het huidige Museuminsel) tot de kerk - die de oorlogsbombardementen wonderwel overleefde, maar in april 1945 zwaar beschadigd raakte door mortiervuur nadat SS-eenheden zich er hadden verschanst - in 1964 werd gesloopt. In 1536 werden de rechten van de Petrikerk op Kaulsdorf aan de Domkerk in Berlijn overgedragen. Met de reformatie werd Kaulsdorf dochterkerk van Biesdorf.

Wasserwerk KaulsdorfAls gevolg van de Dertigjarige Oorlog waren in 1638 alle bedrijven in het dorp verwoest en waren de bewoners weggetrokken. Het zou tot 1652 duren eer de de boerderijen en huizen weer werden bewoond. Veel meer dan dat natuurwetenschapper Franz Karl Achard in 1782 een perceel grond verwerft om te experimenteren met de bietenteelt en suikerproductie lijkt er in de jaren daarop niet in Kaulsdorf te gebeuren.

In 1869 wordt de halte Kaulsdorf aan de Pruisische Ostbahn geopend en in 1914 begint het Waterwerk Kaulsdorf met de levering van drinkwater aan de inwoners. In maart 1920 krijgt Kaulsdorf ook elektriciteit. Tussen 1942 en 1945 werd in het dorp een extra militair hospitaal gebouwd: het latere Krankenhaus Kaulsdorf en sinds 1997 Vivantes Klinikum Hellersdorf, Standort Myslowitzer Straße.

Had Kaulsdorf in 1895 nog slechts 750 inwoners, mede door de aansluiting op het spoor was dit aantal in 1920 opgelopen tot ongeveer 4.000. In 1995 telde het stadsdeel ruim 13.000 inwoners, eind 2011 waren dat er bijna 19.000. Deze enorme groei is gevolg van nieuwbouw, renovatie van oude boerderijen en de ontwikkeling van nieuwe woonwijken.

Kaulsdorf-NoordBezienswaardigheden
In Alt-Kaulsdorf is weinig meer van het "oude" Kaulsdorf te vinden. Net als in Biesdorf werd ook hier alles genadeloos gesloopt om plaats te maken voor winkelcentra en het drukke verkeer - in dit geval dat van de B5. Alleen bij de Dorfstraße is nog wat van het historische Kaulsdorf te vinden. Het dorpsplein met kerk, waar de Dorfstraße omheen loopt, is het oudste stukje Kaulsdorf en is, evenals een aantal panden aan de Dorfstraße, beschermd monument.

De rest van Kaulsdorf is niet echt spectaculair te noemen. Plaatselijk hoogtepunt is "...nah und gut", aan het kleurgebruik te zien een Edeka-kloon. De winkel fungeert zo'n beetje als het culturele centrum van Kaulsdorf-Zuid.
Dit in schril contrast tot Kaulsdorf-Noord, waar de in DDR-stijl opgetrokken wolkenkrabbers na de hereniging kleurrijk werden beschilderd. Gelukkig zijn ze niet vergeten er ook bomen te planten, in de hoop dat die de flatgebouwen ooit aan het zicht zullen onttrekken.

Het beste stukje Kaulsdorf is waarschijnlijk de Butzer See. In de zomer grote gazons, nauwelijks afval en schoon water; wat wil je nog meer? Nou ja, misschien een ijssalon, want daar hebben ze hier nog nooit van gehoord. Gelukkig is de Habermannsee, een van de betere strandbaden van Berlijn, vlakbij...

MAHLSDORF
Mahlsdorf is, net als de andere kerkdorpen op de Barnim, gesticht rond de 1230. Het is een noord-zuid georiënteerd stratendorp; de dorpskerk ligt aan de westelijke kant van de straat. Ten zuiden van de dorpskerk liep de oude handelsroute van Berlijn via Frankfurt (Oder) naar Posen (Poznañ) en het vijftig kilometer oostelijk daarvan gelegen Gnesen (Gniezno).

Ook Mahlsdorf wordt voor het eerst in 1345 in een landboek van keizer Karel IV genoemd. Het dorp Maltersdorf telt dan vijftig hoeven -waaronder vier parochiehoeven- en heeft zelfs een herberg (Krug). In 1450 zijn er ook nog twee kerkhoeven en in 1459 valt het dorp onder de invloedssfeer van de provoost van het van kapittel Berlijn.

Met toelating van koning Frederik II van Pruisen vestigden zich in 1753 Württembergse kolonisten uit Plattenhardt in de zuidoostelijke hoek van Mahlsdorf, waar ze de wijk Kiekemal stichtten. Tot het begin van de 19e eeuw gebeurt er weinig in het 250 zielen tellende dorp. Het komt pas tot groei als er in 1885 een station wordt geopend; in 1920 telde het dorp 6.000 inwoners. Inmiddels zijn dit er bijna 27.500.

Bezienswaardigheden
Het oudste en nog steeds bestaande gebouw in Mahlsdorf is de uit de 13e eeuw stammende en in de jaren 1994-2000 gerestaureerde dorpskerk aan de Hönower Straße 17, een beschermd monument. Landelijke bekendheid heeft het Gründerzeitmuseum dat is gevestigd in het herenhuis Mahlsdorf. In 1944 vermoordde de 16-jarige Lothar Berfelde zijn vader om aan het huiselijk geweld en mishandelingen te ontsnappen en werd daarom tot vier jaar veroordeeld. Toen hij zijn straf had uitgezeten nam hij zich voor alleen nog vrouwenkleren te dragen en nam hij de naam "Charlotte von Mahlsdorf" aan. Charlotte von Mahlsdorf

Nadat hij/zij een paar jaar oude meubels en muziekinstrumenten verzamelde, opende Charlotte in 1960 het museum op de Hultschiner Damm 333. Het is de grootste aaneengesloten collectie voorwerpen in Europa uit de Gründerzeit, de periode 1880-1900, en populair als locatie voor films, tv-producties en theatervoorstellingen. Na een aanval door neonazi's in 1992 emigreerde Charlotte von Mahlsdorf naar Zweden. Ze overleed in 2002 tijdens een bezoek aan Berlijn aan een hartaanval.

Net als in de andere dorpen in Marzahn-Hellersdorf is er weinig tot niets meer van het "historische" Mahlsdorf te vinden. Ook hier is alles gesloopt om ruim baan te maken voor de auto (B5). Wie uitstapt bij het S-Bahnstation Berlin Mahlsdorf vindt aan de overzijde van de straat, onder de spoorbrug door, een Rewé-supermarkt. Ooit was dit een Konsum (een DDR-staatswinkel) met voornamelijk lege schappen en boodschappenwagentjes van kleuterformaat. Ga in Mahlsdorf niet op zoek naar zoiets als een centrum: dit ís het centrum. De huidige appartementgebouwen aan het eind van de Waldowstraße waren vroeger troosteloze gebouwen van ArWoGe (Arbeiter-Wohnheimbau-Gesellschaft), dat daar mensen onderbracht die door het regime tijdelijk -zeg maar: als gastarbeider- in Berlijn te werk waren gesteld.

HabermannseeStrandbad
De beste plek van Mahlsdorf is waarschijnlijk de Habermannsee, een van de beste strandbaden die in Berlijn zijn te vinden, met vele zandstranden, schaduwrijke bomen en ligweiden. Het heeft zelfs een eiland, dat vanuit het zuiden eenvoudig te voet kan worden bereikt. De vlakke bodem van het meer is van zand. Er is echter geen enkele infrastructuur, dus alles wat je wilt eten of drinken zul je zelf moeten meebrengen.
De Habermannsee heeft, in tegenstelling tot vele andere strandbaden in Berlijn waar die nog wel eens erg burgerlijk wil zijn, een ongedwongen dresscode. Je trekt aan waar je je goed in voelt; of helemaal niets, als je daar zin in hebt. Niemand zal er van opkijken. Het meer is ook een gewilde ontmoetingsplaats voor homo's. Vooral de weiden aan de noordwestelijke oever zijn bij hen populair.

MARZAHN
Het stadsdeel Marzahn, dat van 1979 tot 2001 een zelfstandig district vormde, omvat het grootste nieuwbouwgebied in de voormalige DDR en telt bijna 110.000 inwoners. Samen met Hohenschönhausen en Hellersdorf vormt Marzahn een gordel van Plattenbau-nieuwbouwwijken in het noordoosten van Berlijn.

Het dorp Morczane wordt voor het eerst op 19 december 1300 genoemd in een oorkonde van markgraaf Albrecht III. Zo'n 75 jaar later wordt de grootte van het dorp -52 hoeven- opgetekend in een landboek van Karel IV. In 1764 kopen 19 families uit de Kurpfalz het totale gebied rond het oude dorp en vestigen daar hun eigen dorp-, kerk- en scholengemeenschap. Een vuurzee vernietigt in 1832 echter de helft van de kolonistenhuizen en de in 1718 gestichte school. Pas in 1860 is het dorp weer volledig opgebouwd.

In 1898 wordt de Wriezener Bahn in gebruik genomen en krijgt Marzahn een aansluiting op het spoor. Gas en water bereiken het dorp in 1904, in 1920 gevolgd door elektriciteit. Tot in de zeventiger jaren van de twintigste eeuw blijft Marzahn niet veel meer dan een dorp, hoewel het al sinds 1920 tot Groot-Berlijn behoort. In dat jaar telt het dorp zegge en schrijve 745 inwoners.

In Marzahn geïnterneerde moeder met kinderenNationaalsocialistische periode
In 1936 verrees aan de Wiesenburger Weg, ten noorden van de begraafplaats (thans in de trapeze ten westen van S-Bahnhof Raoul-Wallenberg-Strasse), een werkkamp voor zigeuners; het eerste kamp dat Hitler bouwde voor "Fremdrassigen" (mensen van een buitenlands ras). Op 16 juli 1936 werden hier 600 mensen geïnterneerd na een landelijke arrestatiegolf in verband met de voorbereiding van de Olympische Spelen. In de daarop volgende jaren werd het het grootste zigeunerkamp in Duitsland.

In het officieel eufemistisch als Berlin-Marzahn Rastplatz aangeduide kamp (in de volksmond: Zigeunerrastplatz Marzahn) werden tussen 1936 und 1943 naar schatting 2.000 'zigeuners' geïnterneerd. Het kamp diende zowel voor "concentratie" (door de groep bij elkaar te zetten kon deze eenvoudiger in de gaten worden gehouden), selectie naar rassenideologische criteria, als uitbuiting door dwangarbeid. De gevangenen werden onder erbarmelijke omstandigheden in afgedankte woonwagens van de Arbeitsdienst opgesloten. De hygiënische omstandigheden op het in alle haast gebouwde kamp waren catastrofaal. De gedetineerden werden bewaakt door de Pruisische politie en in samenwerking met het Reichsgesundheitsamt anthropometrisch opgenomen.

Vanaf 1939 werden de gevangenen ingezet als dwangarbeiders in de satellietkampen van concentratiekamp Sachsenhausen of bij wegwerkzaamheden in Berlijn. De meeste van de geïnterneerden werden vanaf 1943 naar de vernietigingskampen Auschwitz-Birkenau en Bergen-Belsen gedeporteerd; slechts weinigen zouden overleven. Op 12 september 1986 werd hier een gedenkteken opgericht en sindsdien wordt hier jaarlijks een herdenking gehouden.

Op instignatie van het Oberkommando des Heeres (OKH, het opperbevel van het leger) werd de in Berlijn gevestigde Machinebouwer Hasse & Wrede in de jaren 1942/1942 tot de grootste Spezial-Werkzeugmaschinenfabrik van Europa uitgebouwd. In verband daarmee stichtte het bedrijf in 1942 een nieuwe fabriek in Marzahn. Op het terrein van het nieuwe fabrieksgebouw (toen Berliner Chaussee, tegenwoordig Georg-Knorr-Strasse, genoemd naar de oprichter van het Knorr-Bremse-concern waartoe Hasse & Wrede behoort) werden ook twee werkkampen gebouwd voor de circa 4.000 uit West- en Oosteuropa afkomstige dwangarbeiders - waarvan ongeveer een/derde vrouwelijke krijgsgevangenen - die voor de productie van wapens werden ingezet. Op 21 april 1945 bereikte het Rode Leger Marzahn.

Deutsche Demokratische Republik
Na de Tweede Wereldoorlog kwam Marzahn in de Sovjet-zone te liggen, waardoor het in 1949 onderdeel werd van Oost-Berlijn, de hoofdstad van de DDR.

Neue OrdnungOp 1 maart 1953 werd in de Konsum-gaststätte, de huidige "Marzahner Krug", door 31 genossen de oprichtingsakte van "Neue Ordnung" ondertekend: de eerste collectieve boerderij (Landwirtschaftliche Produktionsgenossenschaft, LPG) in Berlijn, die even verderop - Alt-Marzahn 78 - zal worden gevestigd. Een groot succes wordt het niet: van de 31 oprichters brachten slechts drie kleine boeren hun bedrijf in, gezamenlijk goed voor 10 ha; van de 15 vrouwen die zich bij de corporatie aansloten was het merendeel afkomstig van het boerenbedrijf van Erwin Gensler, die eind 1952 wegens economische delicten tot vijf jaar gevangenisstraf en verlies van zijn vermogen was veroordeeld.

Door nog vier verlaten boerenbedrijven bij de LPG onder te brengen kon het grondgebied niettemin tot 90 ha worden uitgebreid. Er zouden uiteindelijk zo'n honderd landarbeiders komen te werken, die voornamelijk aardappelen, fruit en vruchten verbouwden. De dierlijke productie beperkte zich tot varkens, melkkoeien en kippen. Ondanks de jaarlijkse euforische voorspellingen van de corporatievoorzitter over de resultaten die zullen worden behaald wordt "Neue Ordnung" in 1958 met de Biesdorfse LPG samengevoegd en fuseert dat bedrijf vervolgens in 1965 met LPG Eiche/Ahrensfelde tot LPG "Edwin Hoernle".

Woningbouw
Op het achtste, van 15 tot 19 juni 1971 in Berlijn gehouden partijcongres van de SED werd niet alleen Erich Honecker tot opvolger van Walter Ulbricht als partijsecretaris gekozen, maar werd ook besloten dat vóór 1990 de "huisvestingskwestie als sociaal probleem" moest zijn opgelost. Een plan voorziet in de bouw van ruim 200.000 nieuwe woningen in Oost-Berlijn; Marzahn wordt hierin als grootschalige woningbouwlocatie aangewezen. Op 25 september 1977 wordt het volledige oude dorp als beschermd dorpsgezicht aangewezen en daarna historisch getrouw gerestaureerd. Daaromheen worden op 600 ha drie enorme stadsuitbreidingswijken gebouwd.

Marzahn was de eerste Großsiedlung die in Oost-Berlijn werd gebouwd; later zouden Hohenschönhausen en Hellersdorf volgen. De eerste hoogbouw in Marzahn verscheen in 1977 en tot ver in de tachtiger jaren werd er naar het noorden doorgebouwd, zelfs tot op het grondgebied van de Brandenburgse gemeente Ahrensfelde. De oude dorpskern werd evenwel behouden en geïntegreerd in het centrum van het nieuwe stadsdeel.

Vanwege de ontwikkeling van het gebied besloot men van Marzahn (voorheen deel van Lichtenberg) een zelfstandig stadsdistrict te maken. Het district Marzahn, waartoe ook Biesdorf, Hellersdorf, Kaulsdorf en Mahlsdorf gingen behoren, werd ingesteld op 5 januari 1979. Zeven jaar later werd het Hellersdorfse deel van het district Marzahn afgesplitst; in 2001 zouden beide districten echter weer fuseren tot Marzahn-Hellersdorf.

Ahrensfelder TerrassenNa de Wende
Door de veranderde sociale omstandigheden kreeg het stadsdeel na de Wende te kampen met een aantal grootstedelijke problemen als criminaliteit en leegstand en werd het ooit als modelwijk bedoelde Marzahn steeds minder aantrekkelijk gevonden. Net als in vergelijkbare hoogbouwwijken in andere steden en landen besloot men daarom tot herstructurering en gedeeltelijke schaalverkleining.

Zo werd in Ahrensfelde, het noordelijke deel van Marzahn, veel van de lelijke, elf etages tellende DDR-Plattenbau gesloopt en vervangen door kleurrijke woonblokken van 5 à 6 verdiepingen. Ook werd het aantal verschillende woningtypen in deze Ahrensfelder Terrassen vergroot en gaf men de gebouwen een speelser, kleurrijk uiterlijk.

Chinesische GaertenGärten der Welt
In 1991 werd de Berliner Gartenschau, die in 1987 ter gelegenheid van het 750-jarig bestaan van Marzahn haar poorten opende, omgebouwd en tot Erholungspark Marzahn omgedoopt. Er zijn grote speel- en ligweiden, veel bomen werden geplant en er werden bijzondere tuinen aangelegd en uitgebreid. Dit vernieuwde park dient voor de 300.000 inwoners van de omliggende wijken als belangrijk recreatiegebied.

Sinds de opening van de eerste thematuin in oktober 2000, de Chinese tuin, draagt het 42 ha grote park de titel Gärten der Welt en is het tot ver buiten de stadsgrenzen bekend. De Chinese tuin werd in 2005 verkozen als derde mooiste park in Duitsland. Maar het draait niet allemaal om China. Er is ook een Japanse, een Balinese, een Koreaanse en een Italiaanse tuin. En er is zelfs een Engels doolhof.

Gärten der Welt (Facebook) is dagelijks vanaf 09.00 uur geopend en het park sluit om 20.00 uur (april t/m september, in november t/m februari om 16.00 uur en maart en oktober om 18.00 uur). De toegang bedraagt van april tot en met oktober 5 euro voor volwassenen en 1,50 euro voor kinderen en gehandicapten. Van november tot en met maart kun je er voor 2, resp. 1 euro in. Fietsen en honden zijn niet toegestaan.

Van 13 april tot en met 15 oktober 2017 zal hier de Internationale Gartenausstellung 2017 (IGA 2017) plaatsvinden.

Wuhletal-Wanderweg
Naast het Erholungspark Marzahn ligt het landschapspark Wuhletal, dat na de sluiting in 2002 van zuiveringsinstallatie Falkenberg is aangelegd. Wandelen kun je hier op de 15,4 km lange Wuhletal-Wanderweg, die door het Wuhletal van Ahrensfelde in het noordoosten naar S-Bahn-station Berlin-Köpenick in het zuidoosten van Berlijn loopt. De lengte is 15,4 kilometer. Het wandelpad behoort tot het netwerk van twintig groene hoofdwegen van Berlijn: twintig groene routes door de stad Berlijn met een totale lengte van ongeveer 550 kilometer.

Wuhletal

Naast het dal liggen hier ook bergen, waaronder echte 'reuzen' die wel tot 112 meter boven NAP reiken.
De Wuhletalweg begint officieel aan de noordrand van het Eichepark (Döllner Straße). Het informele noordelijke beginpunt bevindt zich bij S-Bahnhof Ahrensfelde. De route is bewegwijzerd met groene borden die richting en afstanden vermelden. Voor de route van S-Bahn-station Ahrensfelde tot aan Erholungspark Marzahn is er ook een audiogids "Wuhletalwanderweg". De flyers van de Wuhletal-Wanderweg kun je hier vinden: Noord en Zuid (let op: beide pdf).

Het S-Bahn-station Ahrensfelde ligt overigens niet in deze kleine plaats in Brandenburg, maar helemaal aan de rand van Marzahn en dus nog net in Berlijn. Direct naast het station is in de Havemannstraße het gelijknamige stadsdeelcentrum, waar je alles vindt dat je zoal nodig zou kunnen hebben: supermarkten, café's, ijssalons en een medisch centrum.

Molen MarzahnMolens
Het oude dorp is goed bewaard gebleven, ook al ziet het er een beetje verlaten uit. In Alt-Marzahn is veel gratis parkeergelegenheid. Telde Berlijn rond 1860 nog zo'n 150 windmolens, nu zijn dat er nog maar acht. Vier daarvan zijn nog de oorspronkelijke molens, drie zijn gerestaureerde oude molens en er is één nieuwe molen: de in 1994 ingewijde en door de Nederlandse Harrie Beijk gebouwde Bockwindmühle, die een nauwgezette reconstructie is van de molen die al in 1815 in het centrum van het toenmalige dorp stond.

Anders dan de meeste Nederlandse molen heeft deze molen geen naam en wordt daarom gewoon Marzahner Mühle genoemd. Achter de omheining rond de molen, die op een kleine heuvel staat, lopen wat ganzen, schapen, een paard en zelfs een ezel. Om het landschappelijke karakter te benadrukken zijn er op een stukje grond ook wat antieke landbouwmachines gedrapeerd. De molen vind je in de straat met de toepasselijke naam "Hinter der Mühle".

Als je dit allemaal hebt bekeken heb je Marzahn wel zo'n beetje gehad.
Je kunt natuurlijk nog wat Plattenbau gaan bekijken in de Mehrower Allee, of inkopen doen in het Marzahn-Center, waar ook een aantal restaurants is. De meeste bezoekers komen hier echter niet voor de restaurants, maar voor het seniorencentrum en het medisch centrum. Of je neemt een kijkje bij het Eastgate Einkaufszentrum, vlakbij S-Bahn-station Marzahn. Om te flaneren zijn hier de Marzahn-Arkaden met fonteinen, café's en markt, maar alles maakt doorgaans een zeldzaam verlaten indruk.

PyramidePyramide
Op de kruising van de Landsberger Allee en Rhinstrasse (Landsberger Allee 366) staat de in 1994/1995 en voor rond de 145 miljoen euro gebouwde Pyramide, met haar 100 meter een van de hoogste gebouwen van Berlijn. Het heeft de grootste klok van Europa. Of beter gezegd: had, want dit nogal ingewikkelde uurwerk is sinds het begin van 2009 buiten werking.

Misschien kun je iemand vinden die je eens kan uitleggen hoe dat nou zat met die uren en minuten die op de bovenste verdiepingen van de westelijke gevel van het hoofdgebouw in groene lichtstrips werden weergegeven, de seconden door middel van blauwe lichtstippen op de piramide-achtige glazen gevel aan de noordzijde en waarbij elke volle minuut door de tip een flits van licht werd uitgezonden.


Informatie:

Website van het Bezirksamt Marzahn-Hellersdorf

Gärten der Welt in Berlin

Reageer op dit artikel
Mail de redactie
Share dit artikel op Facebook!
Tweet dit artikel op Twitter!
Deel dit artikel!


Fragmente

Video van Marco Woldt over het Lichtgrenze-project in Berlijn op 9 november 2014. Ter herdenking van 25 Val van de Berlijnse Muur.