berlijn-bezienswaardigheden-dom-museuminselberlijn-bezienswaardigheden-berlijnse-muurberlijn-kerstberlijn-bezienswaardigheden-holocaust-monumentberlijn-bezienswaardigheden-spreeberlijn-reichstag-kerst

Franziskaner-Klosterkirche

Hoewel van de pracht van de Franciscaner Kloosterkerk in Mitte nog slechts een ruïne rest, geldt het als een van de mooiste gotische gebouwen van Berlijn. De centrale ligging van de tijdens de Tweede Wereldoorlog vrijwel volledig verwoeste kerk, vlakbij Alexanderplatz, versterkt juist het dramatische effect.

In 1209 stichtte Franciscus van Assisi de kloosterorde der Franciscanen of Minderbroeders. De leden van deze bedelorden moesten volgens de wil van de stichter uitsluitend volgens het evangelie leven en afzien van persoonlijk en collectief eigendom. Door werk en prediking moesten zij zich inzetten ten dienste van de mensheid. 

De Orde verspreidde zich al snel over heel Europa en al in 1249 vestigden de eerste Franciscanen zich in het toen net gestichte Berlijn (dat nog uit de dorpjes Cölln en Berlin bestond), waar zij in 1252 hun eerste provinciale kapittel hielden.

Kerk
Op de plaats van de huidige ruïne van de Kloosterkerk was het eerste 'hoofdkantoor' van de Franciscanen in Berlijn gevestigd: even buiten de toenmalige stadsmuren was met stenen uit het veld de eerste vroeg-gotische kerk gebouwd, die een hoogte had van 52 meter en 16 meter breed was. Overblijfselen hiervan zijn nog in de noordelijke muur van de kloosterkerk terug te vinden. In de tweede helft van de 13e eeuw, ergens tussen 1250 en 1265, werd begonnen met de bouw van de huidige kloosterkerk. Ditmaal niet met stenen uit het veld, maar met bakstenen. De bouw zou omstreeks het midden van de 14e eeuw worden voltooid.

Het klooster wordt in een document uit 1250 aangeduid als Graues Kloster (grijs klooster), een naam die is ontleend aan de kleur van de kleding van de kloosterlingen (Grauen Brüder) voordat de gebouwen in 1271 naar de Franciscanen overgingen. Tot de dag van vandaag is deze naam voor de kloosterkerk in zwang.

Hohe Haus
De noordkant van de kerk sloot aan op de kloostergebouwen, die reikten tot de toenmalige stadsmuur (de huidige Littenstraße) en het Hohe Haus, dat op het terrein van de huidige Klosterstraße 76 stond. Het Hohe Haus dankte haar naam niet aan haar hoogte, maar aan de hooggeplaatsten (markgraven en de eerste keurvorsten) die er woonden voordat zij later hun intrek in het stadsslot namen. Markgraaf Otto IV "met de pijl" en Albert III traden samen met ridder Jacob von Nybede in 1271 als stichters op, zoals in een inscriptie in de koorbanken werd vastgelegd. 

Met hooggeplaatsten zo in de nabijheid wekt het geen verwondering dat de kerk ook de eerste Berlijnse vorstelijke begraafplaats werd: onder meer de keurvorstinnen Margarethe (1340) en Kunigunde (1357) en keurvorst Ludwig VI "de Romein" werden hier begraven.

Tot kort voor de reformatie in 1539 werden de kloostergebouwen steeds verder vergroot en verfraaid. De volgens de ordevoorschriften gebouwde drieschepige, torenloze basiliek werd in 1471-1474 met het Kapitelhuis van Meister Bernhard, Berlijns oudst bekende bouwmeester, en in 1516-1518 met een westelijke vleugel uitgebouwd. Het gebouw omsloot twee met kruisgangen omgeven binnenplaatsen met aan de straat een voorhof, waarop later het gebouw van het Gymnasium zum Grauen Kloster een plek zou krijgen. 

In 1540 vond de laatste katholieke kerkdienst plaats en met de nieuwe kerkvoorschriften van 15 augustus van dat jaar werd de kloosterorde ontbonden. De monniken die niet vertrokken mochten van het gebouw gebruik blijven maken. Het waardevolle materiële bezit van de orde werd, net als elders, geconfisceerd. De laatste monnik overleed op 1 januari 1571.

Gymnasium
Aansluitend kreeg de kerk verschillende nieuwe bestemmingen. Al in 1571 richtte metallurg en wonderdokter Leonhard Thurneysser in een deel van de gebouwen zijn laboratoria en werkplaatsen in en in datzelfde jaar nemen ook een tapijtweverij en Berlijns eerste drukkerij er hun intrek. Op 13 juli 1574 opent het met geld van de Berlijnse burgerij gestichte Gymnasium zum Grauen Kloster, dat later een legendarische reputatie zou krijgen, er haar deuren. Beroemdheden als de latere kanselier Otto von Bismarck, Karl Friedrich Schinkel en Kurt Schleiermacher werden er onderwezen.

Aan het eind van de 17e eeuw kreeg de kerk een nieuwe kansel, een nieuw altaar en een nieuw orgel. Omvangrijke verbouwingen, ander gebruik en nieuwbouw op het terrein zorgden er sinds het eind van de 18e eeuw voor dat klooster en kloosterkerk verschillende keren een volledig andere aanblik kregen en waardevolle onderdelen verloren gingen. 

Ook bij een restauratie in 1845 onderging de inmiddels bouwvallig geworden kerk grote veranderingen: zo werden er aan de westkant twee slanke torens aan toegevoegd. Bij een omvangrijke restauratie in de jaren 1926-1936 kreeg de kerk weer haar oorspronkelijke aanzicht terug.

Bombardement
Dan, op 3 april 1943, wordt de Franciscaner Klosterkirche door een bombardement vrijwel volledig verwoest. Terwijl de gebouwen van het kloostercomplex in 1968 ten behoeve van verbreding van de Grunerstraße worden gesloopt, blijft de ruïne van de kerk (alleen de buitenmuren staan nog overeind) behouden. De Franciscaner Klosterkirche is sinds 1992 historisch monument. Na een restauratie in 2003/2004 wordt de ruïne momenteel gebruikt voor tentoonstellingen, theatervoorstellingen en concerten.

Resten van de vroegere inrichting van de Klosterkirche worden in andere kerken en in het Märkisches Museum bewaard:
Märkisches Museum: grafzerk Konrad von Belitz (circa 1308)
Marienkirche: uit hout gesneden altaar met maansikkelmaria (na 1500)
Johanneskirche Moabit: triomfkruisgroep (circa 1500)
Dorfkirche Stolpe: kruisigingsgroep (circa 1500)

Franziskaner-Klosterkirche  
Klosterstraße 73A
10179 Berlin (Mitte)

U-Bhf: Klosterstraße

Die Ruine der Franziskaner Klosterkirche

Locatie

Reageer op dit artikel
Mail de redactie
Share dit artikel op Facebook!
Tweet dit artikel op Twitter!
Deel dit artikel!


Fragmente

Video van Marco Woldt over het Lichtgrenze-project in Berlijn op 9 november 2014. Ter herdenking van 25 Val van de Berlijnse Muur.